Veel mensen ervaren problemen met lopen na een cerebrovasculair accident (CVA, ook wel beroerte genoemd). Voorbeelden van zulke problemen zijn een lagere loopsnelheid, een ongelijke staplengte en afwijkend looppatroon. Om de loopvaardigheid van mensen na een CVA te verbeteren wordt normaal gesproken zo vroeg mogelijk in het revalidatietraject gestart met fysiotherapie. Het effect van reguliere fysiotherapie op het verbeteren van het
looppatroon (als product van de kinematica (gewrichtshoeken) en kinetica (geleverde krachten en momenten) tijdens het lopen) is echter beperkt bij mensen na een CVA. Naast reguliere fysiotherapie wordt daarom tegenwoordig steeds vaker robotische looptraining aangeboden
tijdens de revalidatie van mensen na een CVA. Een voorbeeld van een hiervoor gebruikte looprobot is de LOPES II. LOPES II bestaat uit een exoskelet, gecombineerd met een loopband en een systeem voor gewichtsondersteuning. De LOPES II biedt nieuwe mogelijkheden voor
het trainen en verbeteren van het looppatroon van mensen in de subacute en chronische fase na een CVA, omdat deze looprobot meer vrijheidsgraden toestaat en alleen waar nodig de specifieke (aangedane) aspecten van het looppatroon ondersteunt (volgens het ‘assist as-needed’ principe). Deze ondersteuning kan daarbij zowel in het frontale als sagittale vlak
worden geboden.

Lees het proefschrift SMK_proefschrift JA_webversie